Verkiezingen

Het woord alleen al suggereert dat er wat te kiezen valt. Daar is heel wat op af te dingen. Niet voor niets was de opkomst vier jaar geleden bedroevend laag. Allereerst de Provinciale Staten: toch gek dat alle debatten door landelijke politici gevoerd worden. Weliswaar kiezen ze de Eerste Kamer, maar het lijkt erop dat die Staten er niet toe doen. Toch zijn er genoeg provinciale thema's. Noem alleen al het wegennet, maar vooral ook de ruimtelijke ordening. Wat dacht u van een tunnel onder de bollenvelden, of boeren in natte gebieden lisdodden laten telen? Hooien kunnen die sowieso niet meer, het gras ligt in het water. De landelijke politiek heeft in ieder geval steken laten vallen. De Groningers kunnen er over meepraten. Dik verdienen aan het gas en als er schade is, niet thuis zijn. Dan de boeren aan wie beloofd is, dat zij als eersten aan de beurt zijn als er stikstofruimte vrijkomt. Het zijn de z.g. Pas-melders. Al de postzegeltjes van Natura-2000 gebieden, met hun uitstraling, lijken nu voor te gaan. Dat het een hete aardappel voor de politici is, blijkt wel uit het feit dat Wopke Hoekstra, in een overigens prima betoog in Leeuwenhorst, het woord stikstof en boer niet in de mond genomen heeft. Nu het waterschap: dusdanig uitgekleed wat agrarische invloed betreft, dat ook daar niet veel te kiezen valt. Alle taken zijn in wet- en regelgeving vastgelegd. De kreet "droge voeten” heb ik niet meer gehoord. De CO2 is nu leidend. Moeten bollenjongens zich zorgen maken? Ik denk het wel. Bij de boeren is nu het adagium: verdacht maken, zwart maken, inpikken! Later komen wij aan de beurt. Hoe het ook zij, u zoekt het maar uit, maar ga wel stemmen. Ik kies voor de partij met het grootste boerenhart!


 Aad van Ruiten