Waarom?

Het bleek deze week opnieuw: het kan stormen in Noordwijk. Letterlijk joeg de storm het zeewater tegen de duinen aan. Figuurlijk waren er heftige reacties die een storm veroorzaakten. En dan heb ik het over voormalige Noordwijkse wethouders die de actualiteit zochten over zaken die zich afspeelden in het verleden.

Rancune hoort bij politiek zoals de zee bij de duinen. En zoals de zee nauwelijks respect toont voor de omgeving wanneer hij aanslagen levert op de duinenrij zo vergeten mensen vanuit de politiek eveneens te vaak respect te tonen voor de omgeving. Noordwijk is helaas weer negatief in het nieuws via politieke dieren die zich slechts volledig focussen op elkaar.
De aanstichter van de laatste storm was een voormalig wethouder en de Heintje Davids van D66. Hij is kennelijk nog steeds op zoek naar erkenning heeft zich inmiddels binnen de provinciale politiek een plek weten te veroveren.
Zijn lokale Noordwijkse politieke broeders moesten daarom tot hun ongenoegen toekijken hoe het Statenlid niet alleen het democratische Noordwijkse lokale proces volkomen negeert maar tevens dat er hele ouwe koeien uit de sloot werden gehaald. Van een ervaren politicus verwacht je verstandig denken en handelen. Van een dorpsgenoot, die ook nog eens heel veel te danken heeft aan deze mooie gemeente, mag je verwachten dat hij zijn persoonlijke rancune heel beheerst weet te parkeren. Maar dat blijkt een utopie.
Het CDA blijft voor het Statenlid een verzameling van geselecteerde belangenbehartigers die geliquideerd dienen te worden. En daar wilde hij de politieke broeders in de provincie Zuid-Holland maar al te graag van overtuigen. Het proberen openen van een beerput veroorzaakte stank, een mistige walm en onbegrip. Zelfs, zo is gebleken, ook bij zijn politieke vrienden.
Het schrijven van het Noordwijkse Statenlid aan de Provincie werd deze week door de aangeklaagden uitgefileerd. De reacties, die er vervolgens op kwamen, logen er ook niet om. De twee voormalig CDA-raadsleden waarvan een ook voormalig wethouder en een voormalig wethouder van een lokale partij en inmiddels raadslid voor de VVD, bundelen inmiddels de krachten. Want, zo hebben ze laten weten, 'hij liegt, hij verdraaid feiten en loopt in de zon terwijl er een pak boter op zijn hoofd ligt.'
Nu is dit laatste natuurlijk bepaald niet slim. Met boter op je hoofd in de zon gaan staan wordt een beetje rommelig. Je haren worden vet, de stropdas kleeft aan het overhemd en je zicht verflauwt nadrukkelijk door dat vet in de ogen. Terwijl bij mij zich beelden vormen van stapels folders met het Statenlid als glunderend wethouder, de herinnering aan de rechtszaken en mijn nieren direct laten weet dat fietsen over de vreselijke keien op 'zijn' Jeroensplein bepaald geen feestje is, overvalt mij ook een gevoel van machteloze ergernis. Nadrukkelijk dient mijn vraag richting de hoofdpersonen, Ton, Andries, Victor en Gerard te zijn: Waarom in hemelsnaam?