Kerkenveiling

Vrijdag 1 november is de kerkenveiling van de Sint Victorkerk hier in Noordwijkerhout. Daar is al heel veel over bekendgemaakt. Mijn vroegste herinnering gaat terug naar de tijd dat mijn vader met volle aandacht de catalogus doorspitte om te kijken wat die of die kweker dit keer aan te bieden had. Veelal per half mud; één mand tulpen. In het voorjaar had hij al over de heg gekeken hoe zijn favoriete tulp er bij stond. Dus bieden op de veiling. De goede zegen kreeg ie er gratis bij.


Abe Bader, van de NoVaTo, legde vorige week haarfijn uit hoe de financiering van de kerken vroeger geregeld was. Toen Noordwijkerhout nog heel klein was en het inwonertal idem dito, werd het dorp omringd door boeren en boerderijen. Dat waren de dragers van de economie. In het dorp zelf was dat de hoefsmid en de wagenmaker. Rijke boeren steunden dan ook de Witte Kerk. Na brand en heel veel geloofsperikelen, bleef die kerk bij de Protestanten.
Er ontstond bij de Katholieken, die een schuilkerk aan de andere kant van het dorp hadden, een grote behoefte aan een nieuwe, grotere kerk. In 1852 was de kerk van Petrus en Paulus een feit. Na de vergroting ervan in 1899 werd het St. Victor. De financiering van de kerk, door collectes, plaatsengeld en erfenissen, was nooit een groot probleem, totdat het aantal kerkgangers sterk terugliep. Waar dat aan ligt, is een heel ander verhaal, het is een feit.
Een kerkenveiling biedt enig soulaas, zij het dat vooral de onderhoudskosten sterk oplopen. Een grote club vrijwilligers brengt nu de loten aan de man, verzamelt alle giften en doet de promotie. De kruiplanken, 5 kuub mest en de 100 roe kabelploegen zijn verdwenen. Opgevolgd door ontelbaar veel dingen als kaas, drank, theaterbezoek, rondvlucht, rozen, krentenbrood en amaryllissen.
Als klapstuk biedt de bekendste oud-bollenboer van Noordwijkerhout, pastoor Goumans, zijn St. Maarten-tulpen te koop aan. We zullen zien!

Aad van Ruiten