Afbeelding
Foto:

Máxima opent manege No Limits

Noordwijkerhout n Hare Majesteit Koningin Máxima opende 25 juni zorgmanege No Limits. De kleinschalige manege geeft therapeutische paardrijlessen.

Tekst en foto's: Lotte Zoet

De ruiters zijn kinderen en volwassenen met onder andere angst, autisme, ADHD of het Syndroom van Down. Reguliere ruiters kunnen ook les volgen. De manege werkt met speciaal opgeleide instructeurs en beschikt over een robotpaard, een interactieve dressuursimulator die beginnende of angstige ruiters kan helpen de ritmische beweging aan te leren. De koningin sprak met verschillende vrijwilligers over hun werk op de manege. Ook sprak ze ruiters met een angststoornis. Twee ruiters volgden een les, die aandachtig werd bijgewoond door de koningin. Zoë-Jolie (11), was een van de meisjes die voor de koningin mocht rijden. Zoë-Jolie heeft autisme, samen met haar moeder Sabine Prosman komt ze regelmatig op de manege. Zoë-Jolie: "Ik vind het heel fijn om op de manege te komen. Het was super bijzonder dat de koningin langskwam en ik haar ontmoette. Voor mij was het de allereerste keer dat ik Máxima zag.

De koningin vroeg hoe vaak ik rij en ze vond dat ik het goed had gedaan!" ''Voor Zoë-Jolie is het erg fijn dat we de manege hebben gevonden. Wij merken dat ze er echt rustiger van wordt. Ook heeft ze hier haar vriendinnetjes, het liefst wil ze hier elke dag zijn. Ik ben vrijwilligster geworden bij de manege, omdat ik vind dat ik wat terug kan doen. Het is echt een eer dat de koningin de tijd nam om hier te zijn, laat haar moeder weten.''

Manege No Limits focust legt de focus op een schoon milieu. De duurzame manege maakt gebruik van zonnepanelen en het water wordt hergebruikt. Zelfs de ballonnen die waren gebruikt voor de opening waren biologisch afbreekbaar en er was voor gezorgd dat de ballonnen niet de lucht in konden gaan.

Ook is het de eerste manege in Nederland die een binnenbak heeft met de uitstraling van een bos, waardoor het lijkt alsof je in de natuur rijdt.

Twee jaar geleden kwam de koningin voor het laatst naar de bollenstreek. In 2017 had ze in Warmond een fotosessie samen met haar gezin en in 2001 opende ze Keukenhof, samen met Willem-Alexander.


Nel demonstreert, bollenkenners geven uitleg

Noordwijkerhout n Bollen worden gepeld voor een aantrekkelijk uiterlijk en om rotten te voorkomen. Bollen kunnen ook scheuren en daardoor minder waard worden voor de handel. Nee, zegt een van de bollenkenners droog, uit een gescheurde bol groeit ook een mooie tulp. Zaterdag 29 juni vond bij NoVaTo de eerste demonstratie bollenpellen plaats.

In het museum staat een ouderwetse sorteermachine van Van Nobelen en pelbak met tenen manden. Alleen tulpen worden gepeld. Wel worden bij alle bollen de nieuwe bolletjes verwijderd die aan de moederbol groeien. Hyacinten bollen hebben dat niet, die worden met een haakvormig aardappelschilmesje 'gehold'. In de holte groeien dan nieuwe hyacinten bolletjes. Echt 'pellen' gebeurt dus alleen bij tulpen. De wortels eraf, de oude steel eraf en de losse schubben verwijderen. De bollen zijn tegenwoordig bijna wit na het pellen. Vroeger waren ze 'rijper' (donkerder van kleur), zegt George Vink. De bollen zijn nog nat om goed te kunnen pellen. Zijn ze te droog dan wordt met een gieter gesproeid. Toch was het in de schuur vaak stoffig. ''Na een dag pellen, zaten mijn neusgaten vol zwart zand en stof,'' vertelt een voormalig pelster. ''Ook m'n zakdoek en kleding was zwart. Het stof zat overal.''

Viezehandenwerk

Mannen deden het fysiek zware werk op het land. Pellen was werk voor vrouwen en kinderen. Nel Warmerdam zit aan de peltafel. Ze laat de mannen praten en gaat onverdroten verder. Ze verzamelt de gepelde bollen in een ronde metalen schaal. Waarom pelden mannen veel minder? "Vrouwen en kinderen hebben een betere motoriek van de vingers", zegt een van de deskundigen. Daarom waren verpleegsters en cliënten van de Bavo goede pellers vertelt bollenkweker Nic. Disseldorp. Nel hoort het aan en leegt voorzichtig de volle schaal in een tulpenmand. Kwekers hadden eigen manden maar ook manden van de veilingen. Die laatste waren favoriet bij de harde werkers, want ze waren net iets kleiner en minder uitgezakt. Belangrijk omdat de pellers alleen betaald kregen voor een volle mand. Dat lokte ook speelse pesterijtjes uit. Als de meeste buiten de schuur waren lunchen, pakten de 'doorwerkers' wel eens stiekem een handje schone bollen bij anderen weg en lieten die in de eigen mand glijden.

Pellen was viezehandenwerk, maar ook een klus met veel gezelligheid. Er werd veel gezongen, gekletst en gelachen onder het pellen. Nel Warmerdam pelde de bollen van haar eigen bedrijf en hield toezicht op een grote groep pelsters. Een belangrijke verantwoordelijkheid, want gepelde bollen werden gekeurd en gecontroleerd door keurmeesters of controleurs. Waren de bollen niet schoon of slordig gepeld dan kreeg je ze terug. "Maar de de bollen moesten wel 5 augustus op de boot naar Amerika", zegt Nic. Disseldorp. Bollen pellen gaat nu machinaal. Alleen het verwijderen van 'verkeerde', aangetaste exemplaren als 'snotbollen' gaat handmatig. Wie het ouderwetse handwerk nog een keer gedemonstreerd wil zien of zelf een bolletje wil pellen, kan nog terecht bij NoVaTo op 6 en 13 juli van 13.00 tot 16.00 uur.

Afbeelding
Afbeelding