Afbeelding

Jan Kloos en het oude Gasthuis

Algemeen Van Dam tot Wurft

Onlangs zag ik het huishoudelijk reglement van het Gasthuis te Noordwijk aan Zee. Op zich niet zo bijzonder, maar dit exemplaar was in een prachtig handschrift overgeschreven door niet minder dan de schrijver van het boek ‘Noordwijk in den loop der eeuwen’, Jan Kloos. Waarom zou hij dit doen? 

Jan Kloos werd in 1911 door het gemeentebestuur benoemd tot secretaris-gasthuismeester van twee gasthuizen in Noordwijk. Het huishoudelijk reglement heeft betrekking op het gasthuis in de Hoofdstraat. Het originele huishoudelijk reglement werd door de gemeente vastgesteld op 8 februari 1881. Vermoedelijk wilde Kloos bij zijn aantreden als gasthuismeester ook over dit reglement beschikken, maar hij had kennelijk nog geen kopieerapparaat. Dan maar netjes overschrijven, zoals hij dat wel vaker deed. Het gemeentebestuur had ook enkele exemplaren extra kunnen laten drukken, maar daar waren ze misschien wat te zuinig voor. 

Net als nu was het toen ook al niet zo gemakkelijk hier binnen te komen. Mocht dit dan toch lukken, dan ging het leven duidelijk veranderen. Zo staat in art. 9: ‘De verpleegden zijn aan den Opzichter en Opzichteres eerbied en volstrekte gehoorzaamheid verschuldigd en geven uitvoering van hetgeen door dezen hun wordt opgedragen’. Artikel 22 bepaalde zelfs: ‘Buiten noodzaak mogen zij (de bewoners) zich niet buiten het gebouw begeven; één hunner zal altijd daar tegenwoordig moeten zijn. Het is hun ten strengste verboden zich zonder toestemming van de Gasthuismeesters van Noordwijk aan Zee langer van 12 uur buiten het gebouw op te houden’. Je krijgt het gevoel, dat je daar bijna gevangen zat en ook niets te vertellen had. Volgens het bord boven de ingang kwam men hier pas terecht wanneer je oud, arm, kreupel, lam of blind was. Wellicht was men in de praktijk wel wat soepeler. 

Kloos vervulde de functie van secretaris-gasthuismeester van 1911 tot aan zijn dood in 1938. Daarna volgde zijn zoon Hendrik hem op. Het gasthuis in Noordwijk Binnen lag op de hoek Kerkstraat/Heilige Geestweg. Dit gebouw werd in 1617 ingericht als weeshuis. Het gasthuis werd daarna ondergebracht in een aantal woningen aan de Voorstraat, ongeveer ter hoogte van het huidige raadhuis en kreeg later de naam van proveniershuis. Een provenier was iemand, die zich door betaling van een bepaald bedrag verzekerde van verblijf en verzorging in een inrichting. Pas in 1652 werd het plan opgevat ook in Noordwijk aan Zee een gasthuis in te richten. 

Op 12 juni 1653 werd een eerste woning aangekocht voor de som van 500 gulden. Na de aankoop werd deze woning aangepast voor de opvang van vier personen. In 1660 werd opnieuw een woonhuis aangekocht. Ook hier werden de nodige aanpassingen verricht en in combinatie met de eerder aangekochte woning ontstond er een waar gasthuis. Het gasthuis ontving geen subsidie, maar kon haar inkomsten slechts betrekken van giften en legaten. Lange tijd was dit voldoende, maar in de loop van de 19e eeuw kon dat niet meer. De laatste renovatie vond plaats in 1876. Halverwege de vorige eeuw werd de situatie zo slecht, dat de bewoners eerst in pension Alwine en later naar hotel Dalrust moesten worden overgebracht. Uiteindelijk konden de bewoners sinds 1972 terecht in het nieuwe Groot Hoogwaak. In de vijftiger jaren werd het oude gasthuis in de Hoofdstraat afgebroken. Thans staat hier Blokker.

Afbeelding

Uit de krant