Afbeelding

Ongelukken in de Pickéstraat

Algemeen

De Pickéstraat geldt als een nauwe doorgang voor het verkeer, maar gelukkig houden de meeste verkeersdeelnemers hier duidelijk rekening mee. Ondanks de verkeersdrukte van nu gebeuren er toch weinig ongelukken. Maar vroeger was het zeker niet veiliger, zoals op bovenstaande foto te zien is. Bovendien ging toen veel verkeer van en naar Noordwijk door deze straat tot het openbaar busvervoer aan toe, wat een grote druk op deze straat legde.

Op het eerste gezicht is de Pickéstraat niet zo veel veranderd en ademt het nog steeds een beetje de sfeer, zoals die ook voor de oorlog heerste. Dit is voor een belangrijk deel te danken aan het Wilhelminahofje, dat daar als een stille oase aanwezig is. Dit hofje is voor Noordwijk een uniek complex. In grotere steden vindt men dergelijke hofjes wat vaker zoals in Leiden, Haarlem e.d. Alleen kan dit Wilhelminahofje niet op zo'n lange historie bogen als en meeste stedelijke hofjes. De oorsprong ligt aan het begin van de 19e eeuw. Toen stonden hier twee barakken, waar Franse soldaten tijden de Franse bezetting onder Napoleon gehuisvest waren. Beide gebouwen waren toen het eigendom van de ambachtsheer Wigbold Albert Willem van der Does Graaf van Limburg Stirum. Hij stelde de kerkenraad van de Hervormde Gemeente voor dit perceel te ruilen met een perceel bij Offem, dat eigendom van de kerk was. Dit aanbod werd door de kerkenraad aanvaard en zo konden er op dit terrein 12 eenvoudige armenwoninkjes gerealiseerd worden. Deze huisjes werden in 1878 opgeknapt, maar het bleef toch wel erg behelpen met piepkleine bedsteden, een waterpomp en pleetjes op het tochtige binnenerf. Bij de inhuldiging van Koningin Wilhelmina in 1898 kreeg dit hofje de naam Wilhelminahofje en werd de Wilhelminaboom geplant, die er nog steeds staat. In 1953 werd het Wilhelminahofje ingrijpend gerestaureerd en voorzien van een extra schuur en verzorgingsruimte. Een aantal jaren geleden ging het gehele complex tegen de vlakte en werd het hofje opnieuw opgebouwd, uitgebreid en van nieuwe woningen voorzien. Overigens was dit stukje Pickéstraat veel levendiger dan nu het geval is. Op de hoek Pickéstraat/Bronckhorststraat stond tot ver in de vorige eeuw een pand uit de 18e eeuw. Lange tijd was het een café met de naam Het Begijntje. Eind vorige eeuw was de achterzijde in gebruik als opslagplaats van lompen en metalen van Giel Smit. Schuin tegenover het Wilhelminahofje lag de manufacturenzaak van de dames Kampman, die knopen, garen en band verkochten. Zij lieten niet na steeds hun afgunst t.a.v. firma Verkade, even verderop, naar voren te brengen. Toen het eens hard vroor zetten ze een elektrisch kacheltje achter de etalageruit om de ijsbloemen te laten smelten. Dit gebeurde ook inderdaad, maar op een gegeven moment barstte de ruit in stukken, omdat de ruit slechts onderop verwarmd werd. Verder kende dit stukje Pickéstraat de boerderijen van Van der Plas en Zandbergen, die deze straat een levendige indruk gaven. Vooral 's winters was het geluid van de loeiende koeien niet van de lucht. Tussen deze beide boerderijen staat nog een oude brugleuning boven de overkluisde Woensdagse Watering. Hier zou nog het kerkje van St. Jeroen gestaan hebben, gewijd aan St. Maarten. Zo is op zo'n klein stukje Pickéstraat nog heel wat aan de hand geweest.

Afbeelding

Uit de krant