Afbeelding
Foto: Cor de Mooy

Toeval bestaat niet

Algemeen Column

Deze week keerde ik terug van een paar dagen quality time. Jawel, met het vliegtuig en zonder vliegschaamte. Op deze terugweg belande ik op stoel 23F. Naast mij een zeer fris ruikende dame die ik als jeugdig betitel, maar waar mijn nageslacht het label 'middelbaar' aan zou hangen.

Ze had samen met de naast haar zittende reisgenoot, kennelijk genoten van de heerlijke Spaanse zon. Haar glanzende huid verried duidelijk een genetische erfenis. Terwijl ik dacht nog even een dutje te kunnen doen hoorde ik het woord Noordwijk vallen. Ik hield mij wel slapende maar was direct klaar wakker. 'Heb je al iets gehoord uit Noordwijk?', vroeg de vriendin. 'Nee, joh. Zo gaat dat niet. Mijn sollicitatie gaat net als de anderen eerst naar de commissaris. Hij maakt aan de hand van een gemeentelijke profielschets de eerste selectie van 3 mogelijke kandidaten. Daarna is er overleg met een vertrouwenscommissie. Waarna er uiteindelijk pas gekozen gaat worden', aldus mijn buurvrouw. Direct hierna werden we gestoord door een alleraardigste Transavia-stewardess, die ons een drankje en wat al niet, wilde verkopen tegen prijzen die omgekeerd evenredig waren aan de beenruimte die mij op 23F was toebedeeld. Terwijl ik me tegoed deed aan Spaanse tapas ging mijn buurvrouw een soort gevecht aan een groenten/noedelsoep. Deze verplichte pauze gaf mij de gelegenheid om mij goed te realiseren wat er zojuist was gezegd. 'Wat een toeval. Nee, het zal toch niet', bedacht ik mij. Maar ik besloot me toch in het gesprek te mengen. Terwijl de witte sliertjes noodles nog half tussen haar lippen kleefden keek ik haar aan en stelde ik de directe vraag: 'Gaat u burgemeester worden?' Zichtbaar in verlegenheid gebracht haastte zij zich om de mond af te vegen terwijl ze me met grote vragende ogen aankeek. Daarna hulde zij zich in een veelbetekenend stilzwijgen van enkele minuten. Maar, toen kwam er toch een gesprek. Over lokale politiek, over haar jaren als raadslid in haar geboorteplaats, haar latere rol als wethouder in een vierkoppig college van B&W. Het werd een amusante conversatie waarbij ik mijn kennis en ervaring mocht inbrengen. Stiekem testte ik haar op haar analytisch en relativeringsvermogen, haar humor en haar kennis over toerisme. Ze leek me een warme coachende dame en ik vermoedde daadkracht en standvastigheid zonder dat het op eigenwijsheid leek te zijn. Kortom de unieke kandidaat voor 'onze burgemeester'. Ik deed nog even alsof ik eerder het woordje Noordwijk niet had gehoord en vroeg schijnheilig: 'En in welke mooie gemeente hoopt u aan de slag te mogen gaan?' Heel vriendelijk en tegelijkertijd streng en gedecideerd liet zij weten hier niet over te willen uitweiden.
Met 'Ik vraag dit omdat wij bij ons in Noordwijk ook op zoek zijn', liet ik haar zichtbaar schrikken. Fe conversatie was hiermee abrupt ten einde. Maar bij het verlaten van het vliegtuig kon toch ik niet nalaten te zeggen: 'Dag mevrouw, wie weet, tot ziens in Noordwijk'.

Uit de krant